Dit klassieke Italiaanse recept, kip op de manier van de vrouw van de jager, is een ‘match made in heaven’ met de Rosso di Puglia, die je in het gerecht verwerkt, en ook ernaast schenkt. De olijven en kappertjes geven deze lekkere herfststoof een frisse kick.
Ingrediënten - 6-8 personen
• 500 g puntpaprika’s
• 1 biologische kip
• 1 el olijfolie
• 8 sjalotjes
• 3 teentjes knoflook
• 1 bosje verse Italiaanse keukenkruiden (tijm, rozemarijn, oregano, salie)
• 250 ml Rosso di Puglia
• 2 blikken San Marzano tomaten
• 5 blaadjes laurier
• 8 jeneverbessen
• 150 g zwarte olijven, bij voorkeur Taggia
• 75 g kappertjes
Keukentouw
Bereiding: 30 min (+ ca 45-60 min. stoven)
Halveer de paprika’s, verwijder de steelaanzet, de zaadlijsten en de zaadjes en snijd ze in repen van ca 1 cm breed.
Hak de kip in 8 stukken die ongeveer even groot zijn. Bestrooi aan alle kanten met peper en zout. Wrijf het goed in met je vingers.
Verhit de van de olijfolie in een grote braadpan met dikke bodem en bak hierin de stukken kip in gedeeltes rondom goudbruin. Haal uit de pan.
Snijd intussen de sjalotjes in vieren en de knoflook in dunne plakjes. Bind de keukenkruiden op met keukentouw, zodat je ze later makkelijk uit de pan kunt halen en ze niet hun blaadjes verliezen in de saus.
Fruit de sjalotjes, de knoflook en de paprika op middelhoog vuur 5 min. in het vet dat nog in de pan zit. Voeg de stukken kip toe, zet het vuur hoog en blus af met de wijn.
Voeg de tomaten uit blik, de laurier en de gekneusde jeneverbessen toe. Breng aan de kook. Maak de tomaten stuk met een houten lepel tegen de zijkant van de pan.
Zet het vuur laag en laat ca 45-60 min. zachtjes koken zonder deksel op de pan. De kip moet bijna van het bot vallen. Roer regelmatig, en laat de stukken kip van plaats verwisselen in de pan.
Proef en breng de saus op smaak. Haal als hij te dun is de kip uit de pan en laat de saus op hoog vuur een paar min. inkoken. Verwijder de kruiden en voeg de uitgelekte olijven en kappertjes toe.
Serveer met gekookte aardappels.
TIP: Je kunt, als je niet van kip aan het bot houdt, de stukken kip uit de pan halen, even laten afkoelen, het vlees van de botten halen en aan de saus toevoegen. Van de botten kun je dan weer bouillon trekken.
WIJNTIP: Het zoet-kruidige van de saus met het hartige van de kip (vooral de bruine korst) is heel lekker bij het zoet-fruitige karakter (kersen, bosbes, aardbei) van Duplico Rosso. Door zijn satijnzachte karakter schenk je Duplico Rosso ook gewoon door na de maaltijd.